Na het uitzwaaien van het bestuur is de club niet bepaald in een gat gevallen. Wim Poelstra (voorzitter), Beatrice Geerts (secretaris), Camiel Cevat (vice-voorzitter), Gerard Jonker (marketing/sponsoring), Marcia Besselink (algemene zaken) en Ronald Havik (hoofd technische voetbalzaken) stonden al klaar, draaiden zelfs al mee als schaduwbestuur, en konden de taken moeiteloos overnemen. Alleen een penningmeester ontbreekt nog, maar het ligt in de lijn der verwachting dat ook die binnen afzienbare tijd wordt gevonden.
OFC is weer de club die het van oudsher was. Een dorpsclub waarin gezelligheid en plezierig voetballen de sleutelwoorden vormen. Daar ligt nu weer de focus op. “Het gaat goed met de club”, stelt voorzitter Wim Poelstra. “We zijn weer aan het bouwen. We hadden een eerste zondagteam dat het tot de tweede divisie heeft geschopt, maar nadat er interne problemen zijn geweest hebben we de stekker eruit getrokken.”
Negatief daglicht
Je hoeft geen ingewijde te zijn om te begrijpen waar Poelstra op doelt. Met de inspanningen van een hoofdsponsor en onder de paraplu van een nieuwe stichting werd hoog ingezet om met aangekochte spelers op een zo hoog mogelijk niveau te voetballen. Dat pakte verkeerd uit en de club kwam zelfs in een negatief daglicht te staan, met als dieptepunt een tijdelijke sluiting van het complex.
“Er is veel gebeurd”, vat Ronald Havik de zwarte periode kernachtig en met gevoel voor understatement samen. “De keuze die toen is gemaakt paste niet bij het dorpse karakter van OFC. Wij zijn dat nu aan het terugdraaien, willen weer de club zijn zoals we dat altijd zijn geweest, waar plezier en prestatie samengaan.”
Dat de sfeer ten goede is veranderd is niet ongemerkt gebleven. Waar voorheen Oostzaners misschien beleefd hadden bedankt voor een bestuursfunctie, is de opvolging nu grotendeels bijna vanzelf geregeld. Het gevoel van betrokkenheid is er weer. Je ziet het ook terug in de kantine. Mensen blijven langer hangen.
“We zijn altijd een gezellige dorpsclub geweest en daar willen we naar terug, zo willen we OFC weer op de kaart zetten”, stelt Wim Poelstra. Hij kent de club als zijn eigen achtertuin, want hij loopt al jaren mee. Eerst als leider, later als bestuurslid. Hij is er even uit geweest, maar heeft zich weer aangemeld; net als zijn medebestuursleden ziet hij de toekomst zonnig in en wil hij zich inzetten om de ingezette lijn door te trekken.
Zaterdagteam vlaggenschip
Afscheid nemen van de recente ambities voor het eerste zondagteam bracht wel veranderingen met zich mee. Het eerste zaterdagteam werd het nieuwe vlaggenschip, zondagspelers wilden op de zaterdag voetballen en daarmee kwam het zwaartepunt op deze dag te liggen. Even werd gevreesd voor een leegloop, maar die is uitgebleven. Wat overheerste was vertrouwen in hernieuwde goede tijden.
Poelstra: “Het nieuwe bestuur van OFC had als eerste taak het vastleggen van hoofdtrainer Dave Derlagen en zijn assistent Barry Emmerig. Met handhaving in de vierde klasse komt er rust in de gelederen. Het team wordt versterkt met spelers uit de O23 en enkele spelers uit andere verenigingen.”
Aandacht eerlijker verdeeld
De aandacht gaat nu niet meer alleen uit naar het vlaggenschip, maar wordt eerlijker verdeeld. Ronald Havik: “Diverse trainers voelden zich niet gehoord. Daarom hebben we ze allemaal bij elkaar geroepen en zijn we met ze in gesprek gegaan. We hebben het afgelopen seizoen geëvalueerd en gevraagd naar hun wensen. Gebleken is dat diverse ouders een trainersopleiding willen. Onze hoofdtrainer gaat ze daarin begeleiden.”
Wim Poelstra: “Het kwartje is gevallen. De trainers merken dat er naar hen wordt geluisterd en dat we onze beloftes waarmaken. We hebben een Technische Commissie die nu uit twee mannen bestaat, maar daar willen we nog een vrouw bij, want bij OFC voetballen ook vrouwen. Ook willen we partnerclub van Ajax worden. Als dat doorgaat, kunnen we putten uit de kennis die Ajax heeft en de kennis die andere aangesloten clubs hebben.”
‘Mensen willen rust’
Met een goede sfeer en gedegen organisatie wil OFC weer de gezelligheid en rust van vroeger uitstralen. Dat pakt nu al positief uit. Wim Poelstra: “Het is misschien een zijspoor, maar er is nu zoveel ellende in de wereld. Mensen willen rust. Als ze zien hoe gemoedelijk het hier aan toe gaat, anders dan bij sommige grote, drukke verenigingen, denken ze: zo kan het ook. Opvallend is ook dat de nacompetitie in de Reserve Eerste Klasse bij ons wordt afgewerkt. De wedstrijden moeten op neutraal terrein worden gespeeld en er is bewust voor OFC gekozen.”