Wormerveer- Ooit zette hij zijn eerste sportieve schreden op de velden van toenmalig WFC. Dat bleek uiteindelijk de basis voor een totaal andere loopbaan. Niki Terpstra veroverde nadien op zijn racefiets de hele wereld en daarover vertelde de kersverse winnaar van de Rotterdamse Zesdaagse uitgebreid. Samen met interviewer Tom Grootjen wist Niki de zaal aan zijn lippen te binden.
Omdat de zoon van garagehouder Douwe- tevens zaalvoetbalkeeper bij WFC- bijna dagelijks langs de WFC velden fietste -hij woonde ongeveer om de hoek bij toen nog KVV in Krommenie – wist hij waar hij moest zijn. In die tijd was er nog geen fietsdroom. Wel fietste hij rond de flats Kleine en Grote Beer in Krommenie dagelijks ‘keihard’ rondjes met zijn vrienden. ‘En die wist ik iedere keer te winnen.’
Vanaf 1993 werd hij lid van wielervereniging DTS. Hij wilde iets bereiken, wilde altijd winnen en dat in een sport je mooi moet vinden om te doen. ‘Anders ga je het niet lang volhouden.’ Op school- de MTS en later HTS- leek een carrière in de techniek zijn doel. Totdat de fiets de overhand kreeg en daar heeft hij nooit een seconde spijt van gehad. Het heeft heem een indrukwekkende lijst van titels opgeleverd waar hij nu als 38 jarige vol trots op terug kijkt. ‘Dat is ooit een hele goede keuze geweest’ stelde hij op heel nuchtere wijze met nog een klein beetje Saense tongval vast.
De voorzet van Tom Grootjen hoe hij ooit voor het fietsen koos werd als volwaardige spits ingekopt. Want ga er maar aan staan om minimaal 6 uur /200 kilometer per dag te trainen. ‘Dat is toch niet leuk’ opperde Tom. Zijn antwoord was scherp: ‘Nee, drie keer in de week op een veldje tegen een bal trappen is leuk. Op de fiets kom je overal, is iedere dag weer anders .’
Niki beschikte niet over zogeheten springvezels. ‘Bij mij waren het duurvezels en dat maakt wie ik ben. Je zag mij daarom ook amper in de eindsprints van wedstrijden. Wel heb ik natuurlijk de sprinters in mijn teams op weg geholpen.’
Dat zijn loopbaan is geworden zoals hij is komt vooral omdat zijn ouders hem en fijnbroer Mike enorm steunden. ‘Wat ik wilde kon ik doen. Zij hebben ons altijd gesteund en dat is heel belangrijk. Of het nu op de weg of op de baan was, zij stonden altijd voor ons klaar.’
Hij wist vanaf 2007 via de Milram ploeg de aandacht op zich te vestigen. ‘Nee ik ben nooit door de grote Nederlandse ploegen gescout’ vertelt hij met een brede glimlach op zijn gezicht. ‘Ik koos mijn eigen weg. Waar kon ik mij als renner verbeteren? Waar kwam ik volledig tot mijn recht.’
Vanaf 2011 was het Belgische Quick·Step zijn vaste en uiterst succesvolle verblijfplaats. Sinds 2019 heeft hij voor de wielerploeg Team TotalEnergies gereden. ‘Dat was een minder goede ploeg, maar voor mij de juiste.’
In zijn imposante loopbaan heeft Niki enkele grote overwinningen geboekt in klassiekers/monumenten, waaronder Parijs-Roubaix in 2014 en de Ronde van Vlaanderen in 2018. Via beelden werd duidelijk hoe dat ontstond waarbij de coureur zelf de commentator was (“Dat hebben we van tevoren niet doorgesproken’ aldus Tom, ‘maar dat doe je prima’) en eens te meer werd duidelijk hoe je een race hard kunt/moet maken. Ploegentactiek is van elementair belang.
Diverse onderdelen in het peloton kwamen ter sprake. De bus in grote rondes bijvoorbeeld. ‘Klimmend verloren we tijd, dalend waren we veel sneller. Daarin pakten we onze winst om voor de klok binnen te zijn.’ Ook over de veiligheid van de parcoursen was Niki uitgesproken. ‘Dat is soms doodeng en ik zal geest wel een beuk hebben uitgedeeld. Organisatoren zouden makkelijk hekken kunnen plaatsen, maar dan krijg je minder tv-spektakel. Dus dat laten ze achterwege.’
Uit de getoonde beelden blijkt dat hij in de eindfase soms wel 50 kilometer in het uur moest stampen om de meet als eerste te passeren. Zijn carrière heeft tot nu toe 16 jaar geduurd. Gravelfietsen zal nu zijn ‘ding’ worden. ‘Een hype die uit de USA is overgewaaid. Daar ga ik veelplezier aan beleven.’
Op de vraag of hij specifieke voorbeelden van renners heeft die zijn idolen waren antwoord hij ontkennend. ‘Niet echt. Al renners zijn je concurrenten. Dus dan moet je niet teveel respect tonen. In feite is het toch een soort van wedstrijdje vergissen.’ Ook het fenomeen landenploegen op EK en WK voorziet hij van een naakttekening. ‘Want je rijdt het hele jaar met je eigen ploeg en een keer per jaar moet je je collega dan dwarszitten. Wat mij betreft stoppen ze daar ook mee. Gewoon met je eigen ploeg strijden is veel beter.’
Niki is ondertussen ook vader geworden. Zijn zoon en dochter mogen zelf kiezen welke sport zij willen beoefenen. ‘Luca is wel ooit begonnen met fietsen, maar dat was niet zijn ding. Omdat het mijn leven was dacht hij dat ook te moeten doen. Nu is hij intens gelukkig bij de voetbalclub in mijn woonplaats Bergen. Bij mijn afscheid in Rotterdam hebben we wel samen nog een rondje gereden. Dat deed hem wel wat. Zijn fietsen staan nog altijd klaar in de schuur. We gaan het zien.’
De bomvolle zaal heeft in ieder geval genoten van de man die ooit als jochie lid was van WFC en nu als 38 jarige heerlijk nuchter kon vertellen over zijn leven. Wat een man!