Jan Kee: “Het motten is er af. We moeten al zoveel.”
Krommenie – Veel succes had Ton van Duinhoven ooit met zijn creatie van de chagrijnige Feyenoord-suppoost Crooswijk. Legendarisch wat het item ‘Nou Jaap Swart Eindelijk Opsodemietert’ anno 1973. Uw verslaggever moest daar aan denken toen Jan Kee na 22 jaar voorzitterschap ‘eindelijk’ zijn opvolger mocht presenteren tijdens de Algemene Ledenvergadering van voetbalvereniging Sporting Krommenie. ‘Er zit nu een mooi bestuur’ is zijn aanbeveling voor de opvolgers.
De agenda van Kee (75) staat eigenlijk zijn hele leven al vol. Hij was 21 jaar actief voor de brandweer in zijn woonplaats, runde een echte dorpse viswinkel, bemoeit zich nog altijd nadrukkelijk met de jaarlijkse 4 en 5 mei herdenkingen en was de laatste 22 jaar ook nog eens voorzitter van Sporting Krommenie. Hij moet lachen als dat lijstje voorbij komt. ‘Mijn vader kende eenzelfde soort lijstje. Ik heb altijd geroepen dat ik dat voorbeeld nooit zou doen. Lekker standvastig ben ik….’
Geen hoogvlieger
Hij voetbalde ooit van zijn 7e tot zijn 21e bij GVO. De club waar zijn vader 10 jaar voorzitter was. Een hoogvlieger wil hij zichzelf niet noemen. ‘Mijn tijd in GVO 4 – dat later het 8e werd – was geweldig. Bij de club waren Jaap Brakenhoff en ik de sponsor van die elftallen. Er zijn in die tijd wat zaken geweest rondom mijn vader waardoor ik tot mijn 50e niet meer bij de club ben geweest.’
Profielschets
Het voetbal kwam weer in beeld op het moment dat er sprake was van een fusie in 1999 tussen GVO en KVV. ‘Ik werd gevraagd om daar tijd in te steken. Dat was nog te vroeg. Er was ook gedoe bij de aanloop naar dat samengaan. Pas nadat ik afscheid van de brandweer had genomen kwam ik weer in beeld. Het voltallige bestuur van Sporting Krommenie was opgestapt. Er was een profielschets gemaakt waar ik volgens een aantal lieden wel in paste.’
Bloedgroepen
De nieuwe club kwam niet meteen tot volle bloei. ‘Er waren twee grote opstallen, twee bloedgroepen ook. Achteraf gezien had het misschien anders gemoeten. Dat was nog in de tijd dat Daan Sanders (toenmalige wethouder sportzaken-red) die met zijn sportcampusplannen op de proppen kwam. Fuseren met SVA was wenselijk zo klonk het. Mijn standpunt is nog altijd dat je wijkgebonden dingen niet moet weghalen.’
Het was Jeroen Olthof (latere wethouder sportzaken-red) die de boel wist vlot te trekken. ‘We vroegen hem een bedrag om ons complex te renoveren of om een geheel nieuwe accommodatie uit de grond te stampen. Toen bedacht ik mij wel dat dan de zoon het spul, dat zijn vader had opgebouwd, ging afbreken.’ Uiteindelijk is er in prima samenwerking een prachtig complex ontstaan. Dat maakte dat de club weer groeien heenging. Voor het heien van de eerste paal was er in de optiek van Kee maar één man die daar voor in aanmerking kwam namelijk Jeroen Olthof.
Zittend in de bestuurskamer van zijn club omschrijft hij de vereniging als een juweeltje. ‘We beschikken over zo’n 1000 leden, hebben prima kader rondlopen, de mensen willen hun schouders er onder zetten en dat zie je terug in de club en op het complex. Dat maakt het voor mij een stuk makkelijker om een stap terug te doen. Ik blijf nog wel betrokken, maar aanzienlijk minder dan de laatste jaren. De jeugd moet het oppakken.’
Even wennen
Dat proces is al eerder ingezet. Met André Meerdonk (secretaris), Daniël van Til (algemeen bestuurslid), Robert de Joode (statutair voorzitter), Henk Heinhuis (algemeen bestuurlid) en Arnoud de Jong (financiën) is de gemiddelde leeftijd in het bestuur aanzienlijk gedaald. ‘Het was even wennen’ en meteen verschijnt er een brede glimlach op zijn gezicht. ‘Want ineens zit je te vergaderen tussen laptops. De tijd is heel anders.’
‘De mensen willen hun schouders er onder zetten, dat zie je terug in de club en op het complex’
Het besturen van een club kent een andere dimensie. In de ogen van Kee is het na corona allemaal heel anders. ‘Dat maakt ook dat we moeten denken aan een andere opzet van clubs als de onze. Er wacht ons flink wat uitdagingen. Duurzaamheid is leidend. Wat denk je van de energie-perikelen? Mijn standpunt is dat je besturen moet vanuit de club, niet vanuit jezelf.’
De bevlogen clubman stelt ook nadrukkelijk dat er bij de sportverenigingen in Zaanstad heel veel knowhow aanwezig is. ‘Daar moet de gemeente veel meer gebruik van gaan maken. Dat is voor alle partijen beter.’
De laatste jaarvergadering onder zijn leiding eindigde voor Kee bij punt 6. “Dat was het punt verkiezing nieuw bestuur. Daarna zat ik in de zaal. Daar valt goed mee te leven kan ik je verklappen. Het motten is er af. We moeten al zoveel. Als ik terugkijk was het met name in het begin zwaar. Alle ogen op kwatta krijgen kostte moeite. Dat is allemaal goed afgelopen en kijk om je heen hoe mooi het allemaal is, wat een sfeer er hangt. Ik heb heel veel mensen leren kennen. Dat kan alleen als je aanspreekbaar bent. Dan betekent ook meteen dat je veel op de club moet zijn. Dat gaat minder worden. Ik blijf nog wel actief bij het onderhoud en de inkoop van de kantine. En als iemand om advies vraagt zal ik ook niet de beroerdste zijn, maar aanzienlijk minder tijd in beslag nemen dan voorheen.’
Het einde van het tijdperk Kee krijgt nog een ‘staartje’ tijdens de eerstvolgende Nieuwjaarsinstuif. ‘Ik laat het rustig over mij heen komen’ klinkt het berustend al trommelen zijn vingers wat al te nadrukkelijk op het tafelblad in de bestuurskamer waar de deur onder zijn bewind altijd open stond.
Jan Kee: “Het motten is er af. We moeten al zoveel.” (Foto: Rodi Media/KK)